Waarschijnlijk door het constante achtergrond lawaai en de regen op het dak hebben we prima geslapen. Op tijd op pad naar Death Valley. We hebben de route goed gepland want hier wil je niet verkeerd rijden. De planning is om niet te ver te rijden en bij Furnace Creek een campground te nemen. Er zijn er 7 in Death Valley dus dat moet goed komen. Onderweg blijkt dat er langs de weg veel water ligt. Overal langs de weg staan bakens en bordjes die waarschuwen voor overstroomde weg. Het heeft hier dus gespoeld vannacht. Hoezo droge woestijn. Er is best wel wat bewolking aan de lucht en dat maakt het met de vochtige aarde wat minder warm. Het landschap verandert langzaam in maanlandschap. Bij viewpoints is het toch heet. Niet te lang buiten blijven. We komen bij Furnace Creek en bezoeken het visitors center. Hmm, maar 35 graden of zo. De campground ziet er niet aantrekkelijk uit in deze warmte. Het is nog vroeg dus we gaan door. We stoppen bij de zandduinen . Zo hoort een woestijn er uit te zien. Maar helaas ziet 99% er rotsig uit. We lopen een stukje en komen tot de ontdekking dat zandduinen beklimmen op sandalen best kan, in Nederland tenminste, maar in Death Valley is het een beetje dom. Au, aan je voeten. Death Valley ligt een dikke 200 ft onder zee niveau. Om er uit te komen moeten we een pas over en die ligt op 4950 ft (1550 meter). Dat is spannend klimmen in die hitte. Maar het uitzicht is geweldig. Vervolgens duik je gewoon weer een ander oververhit dal in. Maar heel mooi. We rijden Death Valley uit maar verwacht niet dat je dan groen tegen komt. Het blijft dood, doodser en heet. Na een paar valse pogingen een kampeerplek te vinden, strijken we neer in Bishop, vlak naast de golfbaan. Onder de bomen en lekker koel. Biertje, wijntje, mooie rit.
2 Comments
|
Vindt je het leuk om op de hoogte te gehouden worden, meldt je dan hier aan met je e-mail
Hanneke Archives
September 2016
|